Het gebeurde aan de dorpsstraat in Spanbroek op 23 april 1945
Door Gerard Appel en Bep de Haan-Appel
Plotseling waren er vreemde geluiden, enige knallen en geschreeuw en…De rust was verstoord, als kind zijnde ging je even kijken wat er gaande was. Op straat lag ‘n man, die niet meer bewoog. Op enige afstand stonden er een paar soldaten (landwachters) die een paar omstanders de opdracht gaven om de man daar weg te halen. Bij Ab Bobbeldijk werd een ladder uit de schuur gehaald waarop de man werd neergelegd. En naar dezelfde schuur is hij weggedragen en op lege fruitkisten neergelegd.
Een ooggetuige: de heer Roen Appel die woonachtig was op het kruispunt heeft het allemaal zien gebeuren. Omdat hij de colonne landwachters, ook wel Jan Hagel genoemd door hun schietgrage houding, al richting Opmeer had zien gaan, was hij blijven wachten op hun terugkeer. Na verloop van tijd kwamen ze inderdaad terug, een manspersoon in hun midden meevoerend.
Terwijl de colonne linksaf ging richting Hoorn, volgde de man het bevel op van de achter hem fietsende landwachter en ging rechtsaf richting Obdam. Degene die het bevel had gegeven voor rechtsaf trok zijn revolver, ging op zijn trappers staan en schoot al rijdende de nietsvermoedende man door zijn hoofd (andere getuigen spreken van meerdere schoten). Nadat het slachtoffer voorover was gevallen, draaide een van de landwachters het levenloze lichaam om en haalde enige papieren uit zijn colbertjas vandaan. Ze verklaarden dat de man had willen vluchten en daarom was er geschoten.
Het slachtoffer, zo bleek later, was Cees Commandeur uit Hoogwoud die in opdracht van de landwachtcommandant Van der Spek werd opgehaald. Zeven landwachters werden naar Hoogwoud gestuurd, maar Van der Spek had op voorhand al gezegd: ‘Zorg dat hij niet levend in Hoorn aankomt’.
Wat was de reden van zijn arrestatie?
Cees Commandeur had een kruidenierszaak in Hoogwoud die gevestigd was in ‘De Boekel’ (voorheen Kaijer, nu tandartspraktijk). Zijn vrouw was twee jaar eerder overleden en het was moeilijk om in die oorlogsjaren het hoofd boven water te houden. Zijn oudste zoon Piet werkte op de boerderij van A.C. de Graaf en deze man was op 17 april vermoord door de Landwacht. Commandeur verstrekte in die laatste maanden van de oorlog onderdak aan twee mannen die lid waren van de ondergrondse, zelf had hij er geen binding mee. Op deze wijze was het leven voor hem wat minder duur en was er ook wat beter aan voedsel te komen. Het vermoeden bestaat dat er vanuit de Wieringermeer boeren waren die beslist geen vrienden waren van deze twee personen omdat er door de ondergrondse nogal eens voedselvoorraden werden opgeëist.
Het gezin Commandeur van l. naar r. Jaap-Alie-Piet-Marie en Jans.
Vooraan: Vader Cees Commandeur en Moeder Afie Commandeur Schilder.
Het was algemeen bekend wat het schuiladres was van die twee en zo kon het gebeuren dat er op 23 april 1945 een groep Landwachters door Hoogwoud fietste en bij het gemeentehuis vroegen waar Cees Commandeur woonde. De toenmalige NSB-burgemeester Jan de Vries heeft het woonadres gegeven en Cees Commandeur werd in zijn huis overvallen. ‘s Morgens was hij nog bij zijn dochter Jans Mens-Commandeur aan het werk geweest. Zij en haar man boden aan een gezin van 13 personen onderdak, die tijdelijk in een varkensschuur zaten. Hun woning waren ze door de onderwaterzetting van de Wieringermeer, kwijtgeraakt en op de zolder van de familie Mens was het aangenamer dan in een varkensschuur. Maar vader Commandeur vond het niet verantwoord om zoveel personen op die toch wel ouwe zolder te laten slapen en wist wel een oplossing. Thuis had hij nog wat hout leggen en op die manier kan hij het geheel versterken. Net op het moment dat hij het hout ging halen drongen ze zijn huis binnen en hebben hem met een stuk hout geslagen. De mannen van de ondergrondse vonden ze niet op het adres maar wel deze toch al wat oudere man. Ze dwongen hem mee te gaan naar Hoorn en hij is op zijn transportfiets meegegaan, maar niet voordat zij ook nog wat spullen uit de winkel meenamen en op die grote drager plaatsten. Zijn trouwring heeft hij nog af kunnen doen en deze is later ook gevonden tussen alle spullen. En zo fietste hij onwetend, maar misschien wel vermoedend voor de laatste maal door Hoogwoud, zijn dood tegemoet.
De tocht werd voortgezet
Nadat Commandeur was doodgeschoten en de landwachters omwonenden hadden bevolen het slachtoffer van de openbare weg te verwijderen, pakte een Landwachter de fiets van Commandeur en vervolgde zijn weg richting Hoorn. Cees Commandeur kreeg in de schuur van Bobbeldijk de laatste sacramenten nog toegediend door Kapelaan Oostrom en is op de bakwagen van Piet Deken naar zijn huis gebracht. Later op de dag kwam Jan de Vries de familie Mens condoleren maar Willem Mens heeft heel beslist die hand geweigerd. Op de avond van 26 april is hij begraven waarbij mensen van de ondergrondse saluutschoten afvuurden en ‘s morgens 27 april werd de requiemmis opgedragen. Men vond het niet verstandig het samen te doen omdat de bezetter wel leden van de ondergrondse bij de uitvaart verwachtte en een overval kon plaatsvinden.
De moordenaars van de heer Commandeur zijn in 1947 veroordeeld tot de doodstraf. Bij de familie Commandeur is er in die periode iemand van de reclassering geweest met het verzoek tot gratie voor deze daders en hij vroeg dat met tranen in zijn ogen. Maar daarvoor waren de wonden nog te vers. Van der Spek heeft zijn berechting niet afgewacht en heeft zichzelf van het leven beroofd in zijn cel.
Kees Commandeur op de transportfiets.