P.C. Schilder autoschade
Door Piet Schilder
Dit is het verhaal van 60 jaar opbouw en ontwikkeling van het bedrijf van P.C.Schilder in Hoogwoud. Gestart met het opknappen van fietsen met de kwast, is het, via spuiten van opgeknapte en nieuw opgebouwde vrachtauto’s, uitgegroeid tot een bedrijf dat in de breedste zin schade aan auto’s herstelt.
Ik ben de vierde zoon van Jan Schilder en Anna Stroet, geboren op 19 oktober 1927 op de boerderij aan Koningspade 7 in Hoogwoud. Mijn oudere zus en broers zijn Bets, Niek, Jaap, Jan en mijn jongere zus en broer zijn Nelie en Wim. Wij hadden thuis een veeboerderij met 12 hectare land, daarop 14 melkkoeien, 4 stuks jongvee, 6 kalveren, 15 schapen en een aantal mestvarkens. Het was heel gewoon dat van je tiende jaar meehielp met allerhande klusjes en met het melken, wat toen nog met de hand gebeurde. Moeder had in die tijd erg veel last van open benen en kon slecht lopen en staan, daarom moest ik vaak meehelpen met huishoudelijke klusjes zoals broodbakken en koken.
Achter v.l.n.r. Niek, Piet, moeder, Opa Stroet, vader en Bets. Voor v.l.n.r. Jan,
Nelie, Jaap en Wim. Deze foto is gemaakt in 1935 bij Moldovan in Nieuwe Niedorp.
We zijn er met z'n allen in de glazenwagen tijdens een
onweersbui naar toe gereden, want de tijd was afgesproken en we moesten
ook voor het melken weer thuis zijn.
Ik ging op dertienjarige leeftijd van de lagere school naar de Ambachtsschool in Alkmaar voor een opleiding tot huisschilder. Dat had thuis bij vader Schilder nogal wat voeten in de aarde. Hij vroeg aan mij: ‘Waarom wordt je geen boer, je kunt best melken en je hebt een goede kijk op het werk’. Dat was ook wel zo, maar ik had helemaal geen zin om boer te worden. Vooral aan de melktijden de hele week door had ik een hekel. Moeder Schilder die wilde wel meewerken en dat was toentertijd niet niks, de reiskosten, schoolgeld, boeken, witte overalls, teken- en praktijkgereedschap, alles moest je zelf betalen. Door toedoen van Meester Tulp ging vader ook overstag. Maar dan moest ik wel ‘s morgens vroeg, voor ik naar de trein in Obdam ging, eerst 5 koeien melken en ‘s avonds de varkens en de kalveren voeren. Het werd echter na enige maanden toch wel erg moeilijk, vooral door het huiswerk, waar ik zeker anderhalf uur mee bezig was en dat ik toch wel elke dag moest maken voor school. Mijn moeder greep in en ik moest dan maar huishoudelijke klusjes opknappen.
Oorlogstijd
Op 1 mei 1941 begon de school in Alkmaar en ik had er zin en plezier in, de opleiding verliep voorspoedig. Het was oorlogstijd, de schaarste aan allerlei materialen en producten was dan ook goed te merken en dat was ook zo op de ambachtschool. Dat ging dus per toewijzing. Auto’s werden gevorderd en doken onder, de leraren die een auto hadden demonteerden die en de losse onderdelen en de carrosserie gingen naar de zolder van de ambachtsschool. Rust roest en zij bedachten dat die schildersleerlingen de carrosseriën best in de lakverf konden spuiten en dat gebeurde ook zo. Daardoor kreeg ik op school, met nog drie leerlingen, al jong les in het autospuiten in al zijn facetten en de verschillende hoedanigheden van de laksoorten. Ook werden werkstukken die op school gemaakt werden door de meubelmakers, machinebankwerkers en elektriciens, vakkundig gespoten en afgewerkt. Hoofdzakelijk in een nitrocellulose systeem (combinatie van plamuur, grondverf en aflak op basis van nitrocellulose). Ook werden de vaardigheden in het tekenen en schilderen van letters, blikvangers, bedrijfsmerken en logo’s heel nadrukkelijk aangeleerd. Na twee jaar en drie maanden had ik mijn diploma met goed gevolg gehaald (het begin van het schooljaar is in die periode van 1 mei naar 1 augustus verschoven.). Na het diploma ben ik in 1943 voor het derde leerjaar opgegaan en ook voor het gezel diploma op de zelfde school. Daarom ging ik ook twee avonden per week daar naar de avondschool, om te proberen het diploma in één jaar te halen. Dat is helaas niet gelukt omdat ik in die volgende winter moest stoppen, het werd te gevaarlijk en het reizen was erg moeilijk. Ik kon ’s avonds net de trein van 10.15 uur naar Den Helder halen en als alles goed verliep was ik om 10.45 uur in Noord-Scharwoude. Op de fiets met antiplofbanden binnendoor en gedeeltelijk over het land kon ik dan om 11.45 uur thuis zijn, drie kwartier te laat want je moest voor de avondklok van 11.00 uur binnen zijn.
Thuis hadden wij in 1944-1945 een groot gezin met onderduikers, een meisje (Mappy) van 8 jaar om aan te sterken uit Amsterdam, passanten hoofdzakelijk uit Amsterdam en Alkmaar en ook kennissen en familie. Zij hadden allemaal honger en daardoor was er ook veel werk te doen. In de loop van 1944 werd de elektriciteit afgesloten dus geen licht meer, geen wasmachine of stofzuiger. Voor de verlichting had broer Jaap twee windcharters gemaakt met 12 volt vrachtautodynamo’s en zelfgemaakte propellers. Een plaatste hij op het dak van de boerderij en de ander op een zelfgemaakte mast. Oude accu’s werden gerepareerd met nieuwe platen en accuzuur, dan had je ook licht als er geen wind was.
Toenmalige boerderij van de fam Koorn in Aartswoud.
In de schuur begonnen Piet Schilder en Dirk Koorn hun bedrijf SCHIKO.
De dars diende als opslag voor allerlei materialen.
Piet Schilder is een begenadigd kunstschilder en heeft deze boerderij,
waarin hij geboren is, geschilderd.
Gonnie Koorn
In het tweede jaar van de ambachtschool had ik een maand-abonnement voor de bus van Medemblik naar Alkmaar. In de bus ontmoette ik een andere abonnee; Gonnie Koorn uit Aartswoud. Ik vond haar heel leuk en wij raakten bevriend. Een jaartje later werden wij verliefd en kregen verkering. Dat was toen niet gemakkelijk want Gonnie was Nederlands Hervormd en ik Rooms Katholiek opgevoed. Maar het is met medewerking van onze ouders allemaal doorgegaan en wij zijn in 1952 getrouwd. Wij hebben vijf kinderen gekregen Lieske, Annemarie, Marrie, Joan en Will.
In april 1945 werd de Wieringermeer door de Duitsers onder water gezet. Woningen, schuren en boerderijen stortten in. Het hout van al die gebouwen spoelde aan bij de dijken, dus ook bij Aartswoud. Het schapenweitje bij vader Koorn diende als opslagplaats en werd dag en nacht bewaakt. De schuurzolder bij de boerderij van vader Koorn was slecht, die hebben Dick Koorn, enige broer van Gonnie, en ik met aangespoeld hout, wat vader Koorn toegewezen kreeg, geheel vernieuwd.
Werkplaats
Daarop maakten wij een soort werkplaats om klusjes te doen. Zo is het in juli 1945 begonnen en er was werk genoeg. Er werd begonnen met het opknappen van fietsen, kinderwagens, autopeds, kasten en andere gebruiksartikelen. Ze werden gelakt, gewoon met de kwast, maar al gauw zochten we een compressor, zodat er ook kon worden gespoten. Die was er natuurlijk niet, laat staan dat hij kon draaien op het zwakke elektriciteitsnet. Broer Jaap Schilder wist wel een compressor met een losse luchtketel te koop. Dick en ik hebben die gekocht en ook een Charolea motorfiets voor de aandrijving. Dick was smid/machinebankwerker van beroep en die heeft een frame voor het apparaat gemaakt. De motorfiets moest je aan trappen en met een zware V-snaar werd de compressor aangedreven, voor die tijd werkte het perfect en het gaf ruim voldoende lucht om te spuiten. Lakverf, grondverf, voorbewerkings- en hulpmaterialen kreeg je niet zomaar, die moesten worden betaald en er moest tevens boter en of kaas bij. Meestal werd het materiaal op de fiets gehaald bij de vakhandel in Amsterdam, Alkmaar en Hoorn. Vaak waren de grondmaterialen niet gemengd en gemalen, dus moest er een verfmolen komen. Die werd gevonden in Hoorn en kon worden aangedreven door een wasmachinemotor. Zo werd veel grondverf, zoals ijzermenie aangeslagen en gemalen. Autoplamuur werd gemaakt van loodwitplamuur versterkt met ijzermenie in flatting (sterk doorhardend bindmiddel).
‘SCHIKO’
De eerste luxe auto, die op een mooie dag, 25 augustus 1945, in de buitenlucht werd gespoten was de A-Ford van Floor Kuiper, aannemer te Aartswoud. Dat was de eigenlijke datum waarop het autoschade/spuitbedrijf informeel door Dick Koorn en mij is begonnen. We noemden ons bedrijf aan het Dijkend in Aartswoud ‘SCHIKO’. Het was echter niet officieel gevestigd en niet ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Wij hebben veel ondergedoken motorfietsen, luxe auto’s en fietsen weer opgeknapt. Ook landbouwmachines en luxe auto’s die werden gelicht (Dit werd gedaan door middel van een driepoot die was geplaatst op twee dekschuiten) uit de ondergelopen Wieringermeer. Het opknappen gebeurde door grondig schoonmaken, ontroesten , daarna in de menie zetten en in de kleur af te spuiten. Ook hebben wij, ter gelegenheid van de bevrijdingsfeesten, verschillende praal- en voorstellingswagens geschilderd en gespoten voor de optochten in de diverse dorpen in de buurt. In de herfst van 1946 is Dick Koorn uit ons bedrijf gestapt en volgde mijn broer Jaap Schilder, automonteur, hem op.
Naar Hoogwoud
Jaap en ik hebben toen de schuur bij de boerderij van vader Schilder verbouwd tot een werkplaats en spuitcabine met afzuiging en een magazijn. De naam van het bedrijf werd toen GEBR.SCHILDER. Er was nog geen telefoon en het was hier toen ook niet mogelijk een krachtstroom aansluiting te krijgen. De elektra bovenleidingen waren van aluminium, de koperen waren in de oorlog door de Duitsers hierdoor vervangen. Voor de aandrijving van de compressor en de afzuigventilator is toen gekozen voor een stationaire benzinemotor. Voor het lassen aan het carrosserieplaatwerk was de autogeen lastechniek de enige methode. Het vergde veel oefening om dat netjes en goed uit te voeren. Voor de lasbrander had je zuurstof en acetyleengas nodig. Acetyleengas genereerden wij zelf door middel van een carbidapparaat. Ik ging toen zaterdag’s op cursus voor diploma gezel huisschilder want een opleiding voor het autospuiten was er nog niet en Jaap ging op cursus voor het handelsdiploma (Middenstand), dat was nodig om het bedrijf te vestigen als autospuitbedrijf en in te schrijven bij de Kamer van Koophandel. Want alle verfmateriaal was toen alleen verkrijgbaar voor ingeschreven bedrijven via toewijzing met bonnen.
Brand
Op 27 mei 1947 is de werkplaats geheel afgebrand doordat de brandstoftank van de stationaire benzinemotor explodeerde. De boerderij bleef gespaard, op het rieten achterdak na en er was veel waterschade. Voor de wederopbouw van de werkplaats kregen wij toen geen materiaaltoewijzing, de woningbouw ging voor.
Eerste werkplaats van Piet Schilder aan de Koningspade
te Hoogwoud. Winter 1947. V.l.n.r. Klaas Kussendrager,
Piet Schilder, Ben Kuileman, Koopman en Jb Schilder.
Met gebruikte materialen overal vandaan is toen in de loop van 1947 toch een nieuwe werkplaats gebouwd, met spuitcabine, magazijn en kantoortje. Ook een krachtstroomaansluiting was toen weer mogelijk. De hele inrichting is meteen een stuk verbeterd met name de verwarming, verlichting en stofafzuiging en er kwam een halfautomatische compressor uit de legerdump. Wij hebben wel de benzinemotoraandrijving vervangen door een elektromotor. Inmiddels was op 26 mei 1947 de vestigingsvergunning verkregen, via een ministeriële verklaring en door medewerking van de FOCWA, omdat ik 18 jaar oud was. Wij hadden toen 4 medewerkers in het bedrijf en er was werk genoeg. Luxe wagens, motorfietsen en legertrucks uit de dump, die tot vrachtwagens werden omgebouwd kregen een opknapbeurt. Vooral aan de legervoertuigen was veel werk omdat de oude verflaag (legerkleur) tot de blanke plaat moest worden verwijderd. In 1949 is broer Jaap ook uit de zaak gestapt, hij kon als automonteur een goede baan krijgen en dat deed hij liever. Ik ben toen als eenmanszaak verder gegaan onder de naam: P.C. SCHILDER autoschadeherstelbedrijf.
Op deze foto uit 1949 zien we links
Piet Schilder en rechts Ben Koelemeijer.
Uitbreiding
In 1953 is de werkplaats uitgebreid met een grote spuitcabine (7 x 12 meter) voor vrachtauto’s, met heteluchtverwarming, een verbeterde afzuiging en verlichting en een veel groter magazijn. Voor het richten en uitdeuken van schadeauto’s kwam er toen meer apparatuur. Een zelfgemaakte richtbalk, hydraulisch pers- en trekapparatuur, plaatwerkgereedschap, een speciale lastrafo om zwaar plaatmateriaal te lassen en een puntlasmachine op krachtstroom om voorgevormde plaatdelen, met een overlappende naad, aan elkaar te puntlassen. Voor het autospuiten en de voorbewerking kwamen er schuurmachines, schuurvijlen, vlak,- hol en bol, een roterende stalborstel en een slijpschijf. Voor de meeste automerken kon de lak op kleur worden besteld. De kleur per auto moest dan meestal nog worden afgestemd op de bestaande kleur, dat was wel een bijzonder precies karweitje. Het werk kwam bijna uit heel Noord Holland. Bedrijfswagens zowel bestel- als vrachtauto’s werden in de grondverf afgeleverd en moesten in de bedrijfskleuren worden afgespoten en van een belettering met bedrijfslogo’s of merk worden voorzien. We kregen wagens in allerhande variaties; verhuiswagens van Blommestijn en Stam & Bakker uit Amsterdam, de Technische Unie uit Zaandam/Alkmaar, MELCO uit Heiloo/Alkmaar, van bodediensten als Stet, C.v.Vliet, Kloosterhof, v.d. Steen fourage en kunstmesthandel P.Koenis uit Opmeer, transportbedrijf S. Loos transportbedrijf uit Spanbroek en ook veel veewagens.
Op deze foto uit 1956 zien we v.l.n.r.
Suit Mooij, Henk Niele en Kees Mooij.
Links Piet Schilder en rechts Piet Huisman.
Het werk stroomde van alle kanten binnen. Ik werkte toen met acht medewerkers, twee autoplaatwerkers en zes autospuiters. Van die autospuiters konden er drie goed letterzetten, dat was nodig omdat de belettering en logo’s op bedrijfsauto’s met de hand werden geschilderd.
Nieuwbouw
De werkplaats werd veel te klein en omdat de gemeente Hoogwoud een bedrijventerrein ging realiseren aan de Westerboekelweg, werd daar een optie op aangevraagd en verkregen. In 1961 verkregen we 3500 m² bouwgrond. Op 27 mei 1962 werd het nieuwe bedrijfspand geopend door burgemeester D. Breebaart. Het vloeroppervlak was 580 m² en de indeling was; plaatwerkerij, démontage en montage/ afbouw, 2 spuitcabines voor personenauto’s en 1 grote spuitcabine voor vrachtauto’s, magazijn, afwerkruimte, kantoor, kantine en een wasplaats met toiletten. De inrichting met apparatuur was volgens de eisen van die tijd: heteluchtverwarming, gefilterde luchttoevoer en afvoer in de spuitcabines, gekoelde en gefilterde perslucht via een ringleiding en aftappunten door de hele werkplaats. Een richttoestel verankerd in de vloer voor het op maat trekken en het richten van de kokerbalken met de binnenbeplating en de montagepunten voor de vering en wielophanging etc. Het handgereedschap zoals slijp-, boor- en schuurmachines waren nog elektrisch aangedreven. Het werkaanbod groeide snel en de eisen voor kwaliteit werden hoger en de reparatietijd moest steeds korter. Op de wegen werd het steeds drukker en daardoor ontstonden er meer schades. De repareerbare schadeauto’s, die niet total loss waren verklaard, werden in overleg met de schade-expert van de verzekering, in ons bedrijf hersteld. De kwaliteit van de zelfdragende carrosserie voor personenauto was toen nog echt in ontwikkeling, pas in de loop van de jaren zestig ontstond de carrosserie met een kooiconstructie en een kreukelzone voor en achter, wat een soort buffer opleverde bij een frontale of achter aanrijding. De schade aan de auto wordt hierdoor wel groter, maar de veiligheid voor de personen wordt hiermee aanzienlijk verbeterd.
Piet Schilder.
Reklameschilderwerk werd met de hand opgebracht, hier door Piet Horio.
De ARBO wet begon mee te tellen voor de persoonlijke veiligheid en de milieu eisen in de werkplaats werden zwaarder. Mede daarom is in 1966 de werkplaats vergroot naar 1000 m² en de werkvloer is voor een groot gedeelte opnieuw ingericht. Drie aparte spuitcabines met horizontale afzuiging en regelbare temperatuur voor personenauto’s. Een verfmagazijn met vloeistofdichte vloeren en een aparte opslagplaats voor verfverdunners. Een grote ruimte van 350 m² voor het voorbewerken vóór het afspuiten in een twee componenten aflak in 1,2 of 3 lagen en daarna geforceerd drogen op 40°C. Alle schuurmachines worden door perslucht aangedreven en het schuurstof wordt afgezogen via ruime leidingen naar een centraal opgestelde cycloon waarin het schuurstof wordt afgevangen. Het voorste deel is geheel ingericht voor autoplaatwerk, richten en montage/afbouw afdeling, een groot magazijn voor auto onderdelen, hulp en klein materiaal.
Er kwam ook een puntlasmachine voor het eenzijdig puntlassen, om dun plaat op wat dikker plaat te lassen. Het aantal medewerkers op de werkvloer groeide naar twaalf man en op het kantoor één vrouw.
Maquette van de nieuwbouw (1961).
Fabrieksmatige spuit/droogcabine
In het voorjaar van 1970 werd de aardgasleiding aangelegd. Daar werd op gewacht omdat de nieuwe spuitcabine aardgas gestookt was. Deze LUTRO fabrieksmatige overdruk spuitcabine had een doorschuifsysteem naar de droogoven voor twee personenauto’s, verticaal gefilterde toevoer en afzuiglucht en een regelbare temperatuur voor het drogen en afspuiten. Hierdoor werd een betere kwaliteit van de laklaag met een perfecte finish verkregen en kon continu worden doorgegaan met het afspuiten en drogen.
26 mei 1972: 25 jarig bestaan groots gevierd
Op de besloten receptie waren 150 genodigden en vele sprekers. Ook was er een grote afvaardiging van de brancheorganisatie FOCWA en van de autolak verwerkende organisatie ‘ACOAT SELECTED’. Het avondfeest, waar ook veel herinneringen werden opgehaald, was een groot succes. In het najaar van 1979 is de hele werkplaats gerenoveerd. Door de sloop van de tussen spuitcabines voor vrachtwagens en personenauto’s werd er een grote ruimte van 440 m² gecreëerd voor het plaatsen van een nieuwe universele richtbank en het vergroten van de autoplaatwerk en montage afdeling. Daarmee werd meteen een nieuwe routing gecreëerd en werden de werkplekken gemarkeerd.
De Caroliner richtbank in de nieuwe werkplaats aan de
Westerboekelweg. Links Loet Immink en rechts Piet Schilder.
Antiroestbehandeling
Doordat de stalen carrosserieën aan de binnen- en onderkant vanuit de autofabriek slecht of niet werden geconserveerd ontstond er roestvorming (het z.g.n. doorroesten). Daartegen is een conserveringssysteem ontwikkeld met tectyl/ML. Daarvoor werd een nieuwe aanbouw gerealiseerd waarin ook het hoge druk tectyleerapparaat en de tectyleercabine met een hefbrug op een kolom, verwarming en afzuiging kwamen. Hierin kan aan bestel en personenauto’s een volledige antiroest behandeling worden gegeven.
V.l.n.r. Sjon Hardenberg, onbekend, Piet Horio,
Saltore Loudani, Wil de Boer, Jan Hoek, Dirk Beerepoot,
Piet Schilder, Suit Mooij, Klazien Bobbeldijk-Varkevisser en Loet Immink.
Ook kwam er een nieuw systeem voor het plaatlassen, een elektrisch MIG lasapparaat met automatische lasdraadtoevoer waarbij de las gekoeld wordt met argon meng gas, zodat de las niet oververhit raakt. Daardoor blijft de las en het plaatwerk sterk en strak. Hiermee kan ook het proplassen en het pulserende lassen worden uitgevoerd.
Economische recessie
Het begin van de jaren tachtig heerste er een economische recessie, waarop ingespeeld moest worden. Gelukkig waren de aanpassingen om efficiënter te gaan werken en afwerken al gerealiseerd, maar het werkaanbod verminderde en dus moest het werknemersbestand ingekrompen worden. Er werden ook andere activiteiten opgestart om het werkaanbod op een aanvaardbaar peil te houden zoals industrie spuitwerk, caravanservice, inbouw van open en kanteldaken. Ook het tectyleer/ML station kwam goed van pas. Het tweelaag laksysteem deed zijn intrede. Dat was voor de metallic lakken een enorme verbetering. In 1982 kwam de eerste verfmengmachine met een systeem dat doseerde op gewicht. Op de roerinstallatie staan 26 autolakmengkleuren. Met behulp van een mengrecept kan de mengkleur per ½ gr. worden toegevoegd en met een schudmachine wordt de autokleur homogeen. Het werd noodzakelijk want toen bestonden er ongeveer 2000 autokleuren en het was ondoenlijk om van elke kleur voorraad te hebben. De lakvoorraad kon nu danig worden ingekrompen. Na de economische recessie in 1984 kwam mijn dochter Lieske Pannemans-Schilder mij op kantoor assisteren, zij runde na korte tijd de gehele boekhouding en dat doet zij nog steeds, maar nu voor haar broer Will.
V.l.n.r. Gerry Broers, Walter Knaven, Piet Schilder, zijn vrouw Gon Koorn,
dochter Marry Scheerman-Schilder, zoon Will Schilder (huidige eigenaar),
dochter Lieske Pannemans-Schilder, Dirk Beerepoot en Suit Mooij (foto 1987).
Suit Mooij in zijn kleurenmagazijn (foto 1975).
Het computertijdperk
In 1985 deed het Europees genormaliseerd autoschade calculatiesysteem ‘AUDATEX’ zijn intrede. Een manier om autoschades op gelijke wijze te calculeren wat betreft onderdelen, démontage en montage, richten en plaatwerk modelleren, spuiten binnen en buitenkant, laksoort en bijkomende kosten. In 1986 brak het computertijdperk definitief aan met een speciaal programma voor autoschadeherstelbedrijven, gemaakt door ‘ACOAT SELECTED’. De hele boekhouding is hiermee in 6 maanden tijd geautomatiseerd, het nieuwe voorcalculatie systeem sloot naadloos aan op de verdere verwerking in de totale boekhouding. Ook het ‘AUDATEX’ calculatiesysteem is later in dit computerprogramma geïntegreerd voor de calculatie naar de expertisebureau’s en schadeverzekeringen. Via een internetverbinding worden schadecalculatie en schadefoto’s naar de databanken van expertisebedrijven verzonden. Meestal kan hierdoor, met een voorlopig akkoord, direct met de reparatie worden begonnen en de onderdelen worden besteld, wat de reparatietijd aanzienlijk bekort.
26 mei 1987: 40 jarig bestaan van het bedrijf
Dat werd een spectaculair feest met het showen van tien oldtimers die wij in de afgelopen jaren gerestaureerd hadden: Een Buick 1914, een Minerva met schuivermotor 1918, een Rolls Royce, voorheen van het Zweedse Koninklijk huis uit 1930, een Rolls Royce 1922, een jachtwagen voor 6 personen, een Humber 1928 en nog wat jongere oldtimers. Marrie Schilder gaf een demonstratie airbrush spuiten met daarbij een expositie van haar werk. Cadeaus ‘in envelop’ kwamen in de daarvoor bestemde bus voor het fonds ‘POLIO DE WERELD UIT’. Het open huis trok mede door de show’s vele honderden belangstellenden. Door de oprichting in 1987 van het FOCWA Garantiefonds en de bedrijfsclassificatie, kwam de kwaliteit in een stroomversnelling. Om weer aan nieuwe eisen tegemoet te komen is aan het bedrijf, in 1989, een aanbouw gerealiseerd met een aparte ingang en een receptieruimte voor bezoekers en klanten. Er zijn daarin tevens nieuwe kantoren gemaakt en een zelfservice autowasplaats waar de schadeauto’s worden gewassen en waar klanten zelf hun auto kunnen wassen.
Will neemt het over
Op 1 januari 1991 werd het bedrijf overgenomen door zoon Will Schilder, maar de naam van het bedrijf bleef P.C.SCHILDER AUTOSCHADE. Will heeft de leiding van het bedrijf voortvarend aangepakt. Er moest veel gebeuren op gebied van brandpreventie, Arbowet, milieueisen en isolatie. Het is met medewerking van de betreffende instanties, met goede oplossingen, allemaal gerealiseerd. Door het hele pand zijn diverse verfijningen uitgevoerd vooral aan de toiletgroepen en de kantine. Voor het richten van personenauto’s werd een computergestuurde richtbank op een hefinstallatie geïnstalleerd.
Will Schilder.
26 mei 1997: 50 jarig bestaan van het bedrijf
Een mijlpaal waarbij je omkijkt naar alles wat je ondernomen en bereikt hebt. Door de gigantische technische ontwikkelingen, op het gebied van autoschadeherstel en autospuiten, zijn die jaren snel voorbij gegaan. Will en Lieske hebben er een echt bedrijfsfeest van gemaakt, de belangstelling was overweldigend, ook bij het avondfeest voor genodigden. De enveloppen waren ditmaal bestemd voor de jeugdverenigingen van Hoogwoud. Diverse verenigingen uit Hoogwoud verzorgden verschillende uitvoeringen tijdens het feest. Een nieuwe computergestuurde autolakmengmachine werd geïnstalleerd. Die word aangestuurd via een CD, met alle recepten voor de kleuren van alle automerken, die door de lakfabrikant wordt geleverd en steeds geupdate. Het was een onmisbare investering door de komst van onder meer de watergedragen autolakken en de effectlakken van alle type auto’s en merken.
Het dak van asbest golfplaten is om milieuredenen vervangen door geïsoleerde dakplaten en alle vensters aan de oostkant zijn vervangen door dubbel vensterglas. De hele werkvloer is geëgaliseerd en afgewerkt met een vloeistofdichte tweecomponenten vloerlak en opnieuw ingericht. De werkplekken zijn veranderd en opnieuw ingedeeld en de routing is opnieuw aangegeven. De lastechniek voor het repareren van de autoschade staat niet stil. Door het gebruik van het nieuwe plaatstaal (A)HSS (extra sterk staal) is er een nieuw lassysteem ontwikkeld: Het GMA hardsolderen met een elektrisch lasapparaat met automatische lasdraadtoevoer van een koperlegering. Het koelgas dat tijdens het lassen over de las stroomt is argongas. Bij dit lassysteem is de temperatuur van de las en zijn omgeving aanzienlijk lager en de kwaliteit veel beter.
Zestig jaar bestaan
Het bedrijf zal op 27 mei 2007, 60 jaar bestaan. Het is nu een van de modernste bedrijven van de regio. Er is een uitstekende samenwerking met alle verzekeringen waardoor de communicatie met experts vrijwel alleen nog via de computer verloopt. Het bedrijf maakt zelf de schadecalculaties en stuurt deze met bijbehorende foto’s rechtstreeks naar verzekering of expert. De administratie en financiële afwikkeling kan vrijwel geheel worden overgenomen. Ondanks de steeds toenemende milieueisen vanuit de overheid en de samenleving is het bedrijf er in geslaagd daarin steeds bij te blijven om er aan te voldoen. Het bedrijf heeft een kwaliteitscertificaat: het door de FOCWA ontwikkelde KZS-certificaat (Kwaliteit Zorg Schadeherstel). Dit word door de KEMA elk jaar gecontroleerd. Het bedrijf is een FOCWA EUROGARANT bedrijf en geeft vier jaar garantie op het schadeherstel. Daarnaast is het gespecialiseerd in kleine schades en wordt er met de klant meegedacht. Alle alternatieve reparatiemethoden zijn mogelijk, zoals uitdeuken zonder spuiten, kunststof reparaties en het repareren met gebruikte of imitatie onderdelen.
Werkplaats tijdens het 50 jarig bestaan in 1997.