Stichting Hoochhoutwout biedt u het heden en het verleden van de (vroegere) gemeente Hoogwoud (Hoogwoud, Aartswoud, De Langereis, De Gouwe, De Weere). De Stichting Hoochhoutwout heeft als doelstelling om de (vroegere) gemeente Hoogwoud in al haar facetten te belichten.

Zouaaf Jacob Bosch

Door Niek Dekker

Na lezing van het artikel: Vechten voor de paus, zouaven uit Hoogwoud in onze uitgave van 2012, laat Nico Bosch uit Opmeer, een achterkleinzoon van Jacob Bosch, weten dat hij aanvullende informatie over zijn voorvader heeft. Ook is hij in het bezit van de originele medailles en een aantal foto’s van Jacob. We hebben dit samengevoegd met extra achtergrondinformatie over het leven van zouaven tijdens hun verblijf in de pauselijke staat.

 

1869. Jacob Bosch (rechts) met zijn vriend Wiggert Kok uit Wognum.
Foto gemaakt in Rome.


1866. Serristorikazerne in Rome.

 

De taak van het zouavenleger omvatte meer dan alleen de verdediging van het pauselijk gebied. De mannen verrichtten ook politiediensten. Er zwierven namelijk nogal wat roversbenden rond.

Een zouaaf die in Rome aankwam, onderging een strenge keuring, ontving een uniform, kreeg een relatief korte maar harde opleiding en vervolgens een plaats in een van de kazernes. Na de militaire training volgde als oefenpracticum het jagen op rovers in de bergen. In 1867 brak in Rome een cholera-epidemie uit.

Voor de verzorging van de zieken en de berging van de doden, werden veel zouaven ingezet. Een aantal van hen raakte besmet en overleed ten gevolge daarvan. In Rome werden ze ook ingezet voor politietaken.

Onderscheidingen

Jacob Bosch nam deel aan de veldtocht van 1867 tegen Victor Emanuel en Garibaldi. Hij vocht in de beroemde slag van Mentana (3-11-1867) waarvoor hij werd onderscheiden met het Mentanakruis. In Mentana (even ten noorden van Rome) vochten 5.000 zouaven tegen 15.000 Garibaldisten die ze vernietigend hebben verslagen. Er waren veel goede schutters onder hen, waarmee kan worden verklaard dat ze tegen een grote overmacht toch konden winnen. De troepen van de tegenstander waren veel minder goed getraind.

Mentanakruis.


Medaille der Romeinsche veldslagen.

 

Jacob werd ook gedecoreerd met de bronzen medaille der Romeinsche Veldslagen. Deze medaille (op initiatief van Paus Leo XIII) werd hem uitgereikt op 13 november 1892 bij het Mentana herdenkingsfeest in Utrecht. Hij kreeg hem uit handen van generaal De Charette.

Jacob Bosch op latere leeftijd met medailles.

 

Armoe

Veel verdiende Jacob niet met zijn vechten voor de paus. Uit correspondentie van andere zouaven blijkt dat zij steeds aan het thuisfront om geld moesten vragen. De soldij in Rome bedroeg slechts 14 soldi per week (7 stuivers naar de geldwaarde in 1867). Buiten Rome verdiende men 9 stuivers per week. Een bierglas vol wijn kostte in die dagen 3 cent. Het was armoe troef in het pauselijk leger. De grootste drijfveer om zouaaf te worden, moet dus idealisme zijn geweest.

Piuslied

In de Katholieke Illustratie nr. 18 van het jaar 1867 werd het Piuslied gepubliceerd. De titel van het lied was: Voor Nederlandsche Pauselijke Zouaven. Uit de twee volgende strofen van dit lied klinkt duidelijk de religieuze bevlogenheid waarmee ten strijde werd getrokken.

O God, die op uw hemelthroon,

Het al met wijsheid richt,

Wij smeken u, bij uwen Zoon,

Dat recht noch onschuld zwicht’;

Wij vreezen voor geen dreigend lood,

Wij schrikken voor geen staal

Wij vliegen willig in den dood

Voor Pius’ zegepraal.

 

Wij zweren trouw op PETRUS’ graf,

Den grooten Pius trouw,

De steenrots trouw, die Jezus gaf

Tot steun aan ’t heilgebouw;

Wij knielen bij de kruisbanier,

Voor ’t aanschijn van den Heer,

En op den Vries en Batavier

Vloei’ Petrus zegen neêr.

 

Voorwaarden

Indien je als Nederlander zouaaf wilde worden moest je aan de volgende voorwaarden voldoen:

1. Een getuigschrift overleggen van de pastoor van de parochie.

2. Een gezondheidsverklaring van de dokter.

3. Een stuk van de burgerlijke autoriteiten, welke dan ook, waarop naam, voornaam, ouderdom, geboorteplaats en de namen van je ouders stonden.

4. Vrijgesteld zijn van dienstplicht.

5. Zij, die wel gediend hadden, moesten voorzien zijn van hun militair paspoort.

6. Een bewijs van toestemming van je ouders of voogden in geval van minderjarigheid.

7. Niet jonger dan 17 en niet ouder dan 40 jaar zijn.

8. Meer dan 1.57 meter lang zijn.

9. Voor twee jaar tekenen.

Oud-zouaven konden voor 1 jaar of 6 maanden bijtekenen. Dit kon herhaald worden.

 

Ook de staat stelde voorwaarden

Art. 9 van het wetboek en art. 10 van de wet zeiden, dat men het vaderlanderschap verloor indien men zonder toestemming des Konings zich in vreemde krijgsdienst begaf. Daardoor verloren velen, die zich zonder toestemming van koning Willem III in dienst van het pauselijk leger begaven, het Nederlanderschap. Zij die zich schaarden aan de zijde van Garibaldi verloren dit niet, omdat het pauselijk leger wel, en het Garibaldistenleger niet als een staatsleger werd beschouwd. Achteraf bleek dat Willem III geen groot tegenstander was van het vechten voor de paus. Van de 118 verzoekschriften om toestemming, gaf hij aan 90 bij Koninklijk Besluit zijn goedkeuring. Hij zou zelfs ooit gezegd hebben: ‘Laat die jongens naar Rome trekken. Als ze voor de paus vechten, zullen ze het ook voor mij doen als het er op aankomt.’

Jacob Bosch in zouavenkostuum. 
Foto gemaakt in Amsterdam.

 

Bidprentjes

Bij zijn terugkeer in Nederland was Jacob zijn burgerrechten kwijt omdat hij voor een ander land had gevochten. Terugkerende zouaven kregen een reisen verblijfpas, waardoor ze als vreemdeling in eigen

land werden toegelaten. Na drie maanden kregen de meeste zouaven hun staatsburgerschap weer terug van koning Willem III. In die overbruggingstijd is Jacob naar Amerika en Argentinië gevaren als verzorger van het vee op emigrantenschepen.

Jacob trouwde op 1 februari 1972 in Wognum met Neeltje van Diepen. Ze kregen acht kinderen van wie er drie op jonge leeftijd stierven. Hij liet geen mogelijkheid onbenut om een inkomen te verwerven. Zo was hij (deels tegelijkertijd) polderbode, koster van de katholieke kerk in Wognum (van 1880 tot 1902) en dreef hij een winkel in religieuze artikelen (onder andere rozenkransen en bidprentjes) en manufacturen. Hij stond met een snoepkraam op de kermis en was daarnaast ook nog verzekeringsagent van Mij. Noord-Brabant.

Jacob Bosch overleed op 54-jarige leeftijd op 7 mei 1902.

1895. Gezin Jacob Bosch.

 

 Website designed and build by

deanluma logo shade xsmall