Adriaan Donker
Door Erica Middelburg
Op 28 juli 2016 was het 100 jaar geleden dat Adriaan Donker werd geboren. Hij stierf op 11 september 1984. We kunnen nog steeds van zijn nalatenschap genieten, omdat hij tegen zijn 50ste jaar het roer volledig omgooide. Na de dood van zijn ouders was het vanzelfsprekend dat hij als enige zoon het boerenbedrijf voort zou zetten, maar na veel wikken en wegen verkocht hij grond en vee en hij stapte gretig een ander leven in. Hij begon serieus werk te maken van zijn museumboerderij, die nu - 32 jaar na zijn dood - nog springlevend is. Door de manier waarop hij zijn leven vorm gaf, heeft hij grote aantrekkingskracht gehad op een heel scala aan mensen: nieuwe vrienden die hem een goed hart toedroegen en hem iets brachten, maar ook lieden die hem wilden gebruiken en hem zeer teleurstelden. Maar hij bleef zeer geïnteresseerd, ook in andere culturen. In 1976 verschenen in het dorpsblad ‘De Lastdrager’ brieven van Adriaan met een verslag van zijn reis naar Nieuw-Zeeland. Hieronder laten we Adriaan zelf aan het woord over de eerste dagen van zijn reis.
Adriaan, hier nog de boerenzoon, met zijn vader en moeder, oom en tante achter op het erf van de boerderij.
Ze poseren vóór de Citroën Traction Avant, die hij toen al bezat.
REIS NIEUW ZEELAND
14 november 1975. Ten eerste wil ik iedereen nogmaals bedanken voor de kleine geschenken en goede wensen. Velen in het dorp hebben gevraagd, laat eens wat van je horen in de Lastdrager. Vooruit dan.
Na weken van voorbereiding was het zover. Buurvrouw Bakker die in een internaat heeft gewerkt in Indonesië heeft me geholpen met pakken – Piet Hein Beers is bereid op de museumboerderij te passen. Van vele vrienden en bekenden werd afscheid genomen, de telefoon ging onophoudelijk. Een aangetrouwde neef van me die de hele wereld gezien heeft, heeft me geholpen de reis uit te stippelen. De zuivelbank in Alkmaar heeft verder alles voor elkaar gemaakt. De reis begon dus 14 november ’s avonds. Velen wilden me wegbrengen naar Hoek van Holland maar ik ben met de trein gegaan. Om half zeven was het zover, afscheid nemen van Piet Hein en Blacky Boy, de hond. Met de trein van Alkmaar naar Hoek van Holland waar de douane mijn pas controleerde en me op de boot liet.
Ik kreeg een tweepersoonshut toegewezen. De klok werd een uur teruggezet, Engelse tijd. De jonge man waar ik de nacht mee doorbracht was een zekere Micel uit Wuppertal. We hebben de boot bekeken, het was een grote waar van alles mee ging. In de grote zaal zaten naar schatting 500 mensen, het was een prachtige heldere avond, de maan scheen en de sterren stonden in volle pracht aan de hemel. Vele grote schepen zagen we voorbij varen, ook lagen er grote lichtboeien.
Het slapen was wat onwennig. Even voor zevenen werden we geroepen en kregen thee. Daarna naar de trein die dicht bij de boot stond, we vertrokken om kwart voor acht naar Londen. Het was wel een mooie treinreis met de kleuren van de eikenbomen. Het land is er hoog en laag net als in Denemarken, maar de huizen zien er grauw en ongezellig uit. De mensen zijn hoffelijk en behulpzaam. Londen zelf, waar ik een gedeelte van gezien heb, is een wereldstad van 8.000.000 inwoners. Toch heb ik het gewaagd met de metro te gaan want ik moest heel Londen door naar Southampton. Hoeveel stopplaatsen die heeft weet ik niet meer.
Op de hoeve West Frisia is er tussen de woonkamer en de pronkkamer een doorloopje, een piepklein halletje,
met daarin twee vitrinekasten.
Adriaan kreeg moeders toestemming om zijn archeologische schatten en andere curiositeiten daar uit te stallen.
De kasten herbergen nog steeds zijn verzameling.
Ondanks mijn gebrekkige Engels ben ik toch op een druk punt uitgestapt, vandaar heb ik een taxi genomen naar een ander station. Ik wist hier bijna geen einde aan, zo groot. De stationschef heeft me geholpen. Ik ben nog langs het Koningshuis gegaan, daarvoor ligt een prachtig park, een vredesengel in het midden van bladgoud. De wacht werd net afgelost. De nieuwbouw is hier net als bij ons, niet erg aantrekkelijk. Uit de trein heb ik maar weer een taxi genomen, het was een heel eind rijden. We gingen voorbij oude vestingwallen, er werd mij verteld uit de 11e eeuw. De taxi, een heel oude Ford bracht me in een grote overkapping vlak voor de douane. De stempels kwamen weer in mijn paspoort, een papier moest ingevuld worden.
Een trap op en ik was op de wereldreus genaamd ‘Hephomopcke napasevactbo Tacas shevchenko USSR’. De hut was een kleine ruimte waar niet veel ruimte voor jezelf overblijft. Mijn koffers waren er nog niet, hier maakte ik me wat zorgen over. Naar de informatie hoe dat zat, daar wisten ze het ook niet maar ik moest geduld hebben want alles kwam wel goed. De motoren liepen al, honderden mensen stonden te wuiven, de trap werd ingehaald en daar ging het de oceaan over. Ik had honger, de lunch bestond uit 5 verschillende gerechten, alles smaakte best. De verzorging is geweldig, alles burgerpersoneel. 8 meisjes verzorgen de tafels, dit zes keer per dag voor 700 personen.
Zondag 16 november. Weer wordt de klok teruggezet. Vannacht werd ik wakker omdat het begon te stormen. De golven gingen huizenhoog, elke keer beukte een grote watermassa tegen de boot. Eerst kreeg je een zet naar rechts, dan naar links en dan nog in het midden. Dit alles om de 5 tellen. Ik ben eerst maar onder de douche gegaan, dat viel niet mee, maar je friste er wel van op. Toen kreeg ik de neiging tot braken, dus maar weer een scheut water over mij heen. Daarna ben ik gaan eten, maar daar kwam niet veel van, niets smaakte me. Eerst de spanning, nu dit weer. Ik ben naar bed gegaan, maar daar deinde je ook alle kanten op. Om 12 uur ben ik weer wat gaan eten, daarna werd ik zo draaierig. Ik ben weer naar bed gegaan maar kon niet slapen. Ik hoop dat de zee wat kalmer gaat worden.
17 November. Het is nu windkracht 9. Ze vertelden me dat hier drie zeeën bij elkaar komen en we gingen recht door die kolk heen. De stemming aan boord was bedrukt. Maar de zee begint wat rustiger te worden en de zon wordt lekker warm. Ik durfde nu naar het dek te gaan, daar is het kompas en wordt de richting bepaald, deze was 245° zuidwest. De boot wordt automatisch bestuurd, gericht op de zuidpool. Het is nu 27 graden met een zwoele wind. Ik heb hier op de boot veel gezellige kennissen gekregen, mensen uit Rijswijk, 2 meisjes uit Zwitserland, een jongen uit Bergen op Zoom, waar ik ’s avonds veel mee te dansen ga. Er is hier een grote balzaal. De sfeer aan boord is erg gezellig; de mensen lachen weer en de zee is rustig.
Vannacht heb ik boven aan dek geslapen, prachtig de sterren zo helder. Je merkte bijna niet dat we voeren. Hier niet zo ver vandaan zijn de eerste astronauten neergekomen na hun maanvlucht. De boot had wat motorstoring, ook hebben we een aanvaring gehad en de zwemvesten moesten aan. Ook moest ieder zijn reddingsboot opzoeken, we leken zelf wel astronauten allemaal in oranje. Er wordt omgeroepen dat het Panamakanaal in zicht is. Als we daar aanleggen zal ik deze brief posten. Net heb ik vliegende vissen gezien die gewoon over het water vliegen. Ook heb ik haaien gezien, grote zware zeemonsters. In Haïti gaan we een tocht organiseren om het eiland te bekijken. De oceaan hier ter plaatse is 13.000 meter diep. De hele bodem bestaat uit rotsen.
Zondag 23 november. Dan wilde ik iets over de bemanning vertellen en het personeel. Het personeel bestaat uit Russen en Russinnen. Enkele spreken Engels, de meesten echter niet. De sfeer is bedrukt, de bediening is geweldig, ze zijn altijd vriendelijk maar verder geen kontakt. Over het Panamakanaal is een grote brug van 700 meter lengte. We zouden nog een avond uitgaan, dit ging niet door, er was een soort staking. Ook hier dus arbeidsonrust. Vanmiddag 1 uur vertrokken we naar de Stille Oceaan en over een dag of 8 komen we hopelijk in Tahiti aan. Maar het is nu half drie en we zijn nog niet weg. Het was een geweldige drukte aan boord. Alles was er, politie, ziekenauto enz. Er bleek iemand overleden. Om half 5 vertrokken we pas.
Vrijdag 28 november. We varen nu op de Stille Oceaan. Het is prachtig weer en de zee is rustig. Ik moet er om denken, begin een beetje zwaarder te worden. Denk je eens in, 15 gerechten per dag, van alles kleine hoeveelheden.
Zaterdag 29 november. Ik blijk een zonnesteek te hebben opgelopen, dus oppassen is de boodschap.
Zondag 30 november. Over een dag of 7 zijn we in Tahiti en hopelijk gaan we dit eiland bekijken. De klok is weer een uur teruggezet. Het is hier nu 8 uur in de morgen en bij u in Holland 4 uur in de middag. We zijn nu onder de evenaar doorgevaren en vanmiddag vond een doping plaats. Een oud gebruik met wilde mensen en rare toestanden. Ze kwamen met een emmer met soep en een hele grote taart. Plotseling werd er een gegrepen en op de slachtbank gelegd, ingesmeerd met soep en taart en zo de glijbaan af het zwembad in. Als een verzopen kat kwam je boven water, dan was je meteen van de hele toestand af. ’s Avonds was de feestavond waarbij de gekste kleding was toegestaan en waaraan iedereen mee mocht doen. Je werd zo meegenomen. Jammer dat ik mijn klompen en blauwe kiel niet meegenomen heb. Tegen enen ben ik terug naar mijn hut gegaan.
Adriaan voor zijn Citroën Traction Avant.
De wagen had brede spatborden en achterop een kofferdeksel met daaronder het reservewiel.
De wagen is hier mogelijk zo prachtig versierd in verband met een 'trouwtje'.
1 december 1975. Vanmorgen niet erg uitgeslapen, na douchen en te hebben gegeten, heb ik mijn slaapzak meegenomen naar het bovendek. Tot de lunch wat gelezen en geslapen en daarna een poos in de hut geslapen. Daarna met Jak, een jongen uit West Berlijn naar het bovendek gegaan om te zonnen. Hij is ongeveer 15 jaar oud en lacht veel. Hij zoekt me nogal eens op. Hij zag het op school in Berlijn niet meer zo zitten en gaat emigreren naar Nieuw Zeeland naar familie van hem om daar zijn studie voort te zetten. Hij is zeker van plan eens naar Hoogwoud te komen. ’s Avonds ben ik naar de bar geweest met een kennis uit Bergen op Zoom die met vakantie naar Australië gaat tot juli en een jongen uit Zweden. Daarna naar de danssalon met een mooi rustig muziekje.
Adriaan op zijn 65ste verjaardag.
Naast hem zijn 'dame' voor de gelegenheid Toos Kappelhof.
Voor op de bok koetsier Hans Verberne en daarnaast Jeanette Spierings, die later met elkaar zijn getrouwd.
2 december 1975. De klok wordt weer een uur teruggezet. Het is heerlijk aan boord, volop zon en de oceaan is stil. Ik ben wat in de schaduw gaan zitten met mijn benen in de zon. De zon is hier veel scherper dan bij ons in de zomer dus het is een beetje oppassen. Wel heb ik me helemaal ingesmeerd met zonneolie. Ook de lucht is hier veel helderder. Daarna ben ik gaan zwemmen. Er vloog net een groepje vliegende vissen over, dat zijn kleine vogels, wit van onder. Het bovenlichaam is donker van kleur. Ze vliegen ongeveer 20 meter en duiken dan weer in zee. Ze zijn zo groot als een spreeuw. Vanavond ben ik naar de balzaal gegaan, dit is een hele grote zaal met rode bekleding en de tafels staan in het gehele schip vast. De kunststoeltjes zijn zachtgeel, de bankstellen blauw en een spiegelgladde dansvloer in het midden met een podium voor de muziek, die geweldig is. Met een groepje zaten we gezellig te praten toen er iets ging gebeuren. Ik moest op het podium komen en ik snapte niet waarom. Toen vroeg men mijn naam en uit welk land ik kwam. Ik vertelde mijn naam en zei dat ik uit Holland kwam, Amsterdam. Men vroeg, wat doen ze dan in Amsterdam. Als grap zei ik de Engelse wals, de charleston en de samba. Hoe die dan wel was die samba? Ik deed het dus voor en riep ze ook uit de zaal. Velen kwamen, daar gingen we dan en de muziek speelde mee.
Adriaan, die er hier heel gelukkig uitziet.
Wat zal hij vaak blij zijn geweest met zijn radicale, levensveranderende ommezwaai.
3 december 1975. Ik zit op het bovendek te schrijven. Vanmorgen koffie wezen drinken in de kleine zaal. Rik uit Berlijn en Bert uit Bergen op Zoom zouden ook komen.
Het is nu 6 december. Met Rik vanmiddag naar het middendek gegaan. We zijn slingers aan het maken van touw en papier voor de gecostumeerde optocht. Het is leuk om mee te doen. We doen wat grappige kleding aan en dan gaan we.
7 Dec. Gisteravond een gezellige avond gehad, men hield een gekostumeerde optocht waar naar schatting 50 eenlingen en 19 paren aan meededen. Rik, de jongen uit Berlijn werd vierde. De hele salonzaal was vol met mensen, en er werden veel foto’s gemaakt. Ik had mijn trainingspak aan, die is bruin met oranje met op mijn borst een bord met ‘We to Tahiti’ met slingers die we zelf gemaakt hadden. De zonnebril op en een zonnehoed gekocht van oranje, blauw met groen. Dat zijn mijn lievelingskleuren. Mijn maat, een knaap van 14 jaar die het in Berlijn niet meer zag zitten ging alleen naar Nieuw Zeeland om zijn studie daar voort te zetten. Een zwarte knaap met donkerbruine ogen die altijd lachen. Die had slingers om, een carnavalshoed op, aan de ene kant een hangtas die ik in Panama gekocht had en de andere kant een fles zonnebrand met een toeter van papier. Het was een daverend applaus toen die opkwamen.
De volgende dag ben ik naar het bovendek gegaan, de koers was 242 graden breedte. De boot vaart geheel stuurloos, een grote magneet regelt de koers die gericht is op de Zuidpool. Na dagen water gezien te hebben zag ik door de verrekijker land, maar ik vergiste me wel, het was nevel.
Net werd omgeroepen dat we vanmiddag op Tahiti aankomen. Zoals ik al gezegd heb zijn er hier zo’n 700 personen aan boord. Iedereen krijgt per dag 15 verschillende gerechten op verschillende borden, alles even smakelijk. Het is hier helemaal niet duur. Net voor de middag weer naar het bovendek geweest en heel in de verte zag ik de bergen, volgens zeggen zijn ze 2000 voet hoog. De Stille Oceaan is op sommige plaatsen 2000 voet diep. Naar zeggen hoopt men om half vier op Tahiti aan te komen. Maar het was eerder, het werd 2 uur in de middag. Prachtig was het uitzicht en enorme hoge bergen, rood van kleur en prachtig begroeid met palmbomen met witte huizen aan de waterkant. Dit is bijna niet te beschrijven zo mooi, ik wou dat U het zien kon.
Vanmiddag om 3 uur Tahiti-tijd de stad in geweest. We kwamen door lanen met een prachtige flora, bloemen, planten en heesters die vol bloemen zaten. Grote ficusbomen, enorm hoog met vogels die ik nog nimmer gezien had. Er was een grote hal met allerhande zuidvruchten waar ik morgen wat van ga kopen. Rik heeft een ketting gekocht van rode en gele schelpen. Op Tahiti is de bevolking hoofdzakelijk Frans, het is een vroeger bezit geweest van Holland. We hebben een stuk gewandeld door een wijk waar de bomen volhangen met onbekende vruchten. De huizen zijn vuil en rommelig, blank en zwart, alles woont en leeft daar door elkaar in een hut met een heleboel kinderen die geheel bloot rondlopen. Kippen en kuikens lopen daar rond. Dikke vrouwen lopen of liggen daar en de muziek luid en de kinderen schreeuwen over alles heen. In de stad zijn mooie winkels die ’s morgens open zijn en achter de stad de hele grote rotsbergen begroeid met allerhande flora, veel hoge heesters, bomen vol bloemen. Vanavond zijn we op het bovendek geweest, overal brandden de lichten van de stad. Het is een zoele avond met heel geen wind en de huizen prachtig verlicht tussen al dat groen. Het was een sprookje gelijk.
Vanavond is er bal met verrassingen op het middendek. De boot bestaat uit benedendek, middendek en bovendek. Het werd een geweldige avond tot zeer laat. De volgende dag heb ik alleen een wandeling gemaakt en heb tuinen met bloemen en planten bekeken. Prachtig die kleuren. Later zijn we naar de grote hal gegaan om zuidvruchten te kopen, ik weet niet hoeveel soorten fruit daar liggen. We kochten een meloen, abrikozen en ananas, het andere wat er lag kenden we niet. Ook hebben we nog een kokosnoot meegenomen. De moeilijkheid was wel dat we met Frans geld moesten betalen, maar we hadden een bank gevonden waar we geld konden wisselen. Om 9 uur een tocht met de bus, wel wat warm maar daar wen je gauw aan. We hadden stralend weer, het kan hier ook ontzettend regenen. Het kerkje deed me aan Nederland denken. We gingen naar een park aan zee, in het water heb ik een bijzonder stuk steen gevonden wat ik mee neem naar huis. Daarna naar een restaurant waar zwarte jongens muziek maakten en Mamorie meisjes dansten.
Er dansten 6 meisjes met bloemen om hals en hoofd, dat waren buikdanseressen. Ze vroegen mensen uit het publiek, ik werd ook gevraagd, maar dat viel niet mee, maar het ging. Je achterwerk moet je draaien en je benen moeten bibberen. Daarna gingen we naar een geiser kijken, het water spoot erg hoog. Ik zag er ook kleine hagedissen. Daarna zijn we weer naar de boot gegaan, om half drie moest iedereen terug zijn, waarna we weer vertrokken. Ik had hier best 14 dagen willen blijven. Het uitzicht vanaf het bovendek van de boot was prachtig, om nooit te vergeten, 2 kleine boten trokken de boot weg, na 3 korte hoornstoten ging het de Stille Oceaan weer op. Vaarwel Tahiti. De koers was weer 242 graden. Het is volop zomer, mijn kennissenkring is erg groot, jong en oud.
Hartelijke groeten, Adriaan.
Adriaan op visvangst in Nieuw-Zeeland.
In de museumboerderij of via www.museumboerderijwestfrisia.nl is het boekje ‘Adriaans Paradijs’ te koop.
Op de website van Hoochhoutwout vindt u een gedicht over Adriaan van de hand van Chris Goedhart, een goede vriend.