Van bloemkool, drank en chocolade
Het leven van Jan en Mart Kreuk Deel 2
Door Bep de Haan-Appel
Hoe bijzonder kan het leven van twee hardwerkende mensen verlopen! Het verhaal van een echtpaar dat de overstap durfde maken van een tuindersbedrijf via een café naar ten slotte werken in een chocoladefabriek.
Jan en Mart Kreuk-Molenaar.
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog waren er beslist nog niet voldoende woningen voor iedereen. De familie Kreuk wilde wel graag in Hoogwoud blijven wonen. Veel van hun kinderen hadden nauwe betrekkingen aangeknoopt met jongelui uit het dorp en de naaste omgeving. Ook hadden alle zonen Kreuk een vak geleerd en werk gevonden bij een veiling, een melkfabriek of een bouwbedrijf. Zoon Gerard heeft zijn sporen verdiend bij veiling De Volharding in Wognum en is opgeklommen tot marktmeester. Jan is verder gegaan in Breezand als zelfstandig ondernemer in de tulpenhandel nadat hij bij zijn zwager Ben Dobbe het vak had geleerd. Nic is, nadat hij tijdens zijn diensttijd korte tijd in Indië is geweest, als metselaar de bouw in gegaan. Theo heeft zijn aannemersdiploma behaald en dat bood de firma Kamps de mogelijkheid om vele jaren op de bevoegdheid van Theo Kreuk hun bedrijf te kunnen runnen. Simon is na vele jaren van opnames in ziekenhuizen bij melkfabriek Aurora op het kantoor gekomen en heeft zich daar opgewerkt tot hoofdboekhouder. Daarnaast is hij ook bij diverse bedrijven financieel adviseur geweest en is dat ook nu nog. Arie is geëmigreerd naar Canada en is daar chauffeur geworden op een tankwagen. Piet heeft bij Pijke in Hoogwoud het vak geleerd als elektricien en is daarin verder gegaan.
Bij ‘gewone mensen’ was het voor meisjes nog niet zo gebruikelijk om je te bekwamen in een vak. Toch is Tiny kraamverzorgster geworden. Rika heeft samen met haar man Cor Sijm een landbouwbedrijf gerund in Andijk. Alie is met onderduiker Ben Dobbe getrouwd, zij zijn met veel succes een bloembollenbedrijf gestart. De zussen Corrie en Aaf zijn getrouwd en hebben een gezin gesticht. Het was jammer, dat Corrie al op jonge leeftijd haar man Sjef Heesbeen verloor en alleen kwam te staan met drie nog jonge kinderen. Maar daar is dan weer de kracht van de familie. Ze woonde in Brabant, dus ver van haar dierbaren. Gezamenlijk is er naar een oplossing gezocht, zij kon een woning huren in Hoogwoud, en was weer dicht bij de familie.
De vijf dochters Kreuk.
Plek zat
Toen in 1956 het café werd verkocht waren er nog vijf thuiswonende kinderen en waar vind je dan een onderkomen? Dochter Marie en schoonzoon Kees Schilder boden uitkomst. Zij waren, samen met hun vijf kinderen, een van de eerste bewoners van de beginnende nieuwbouw in Hoogwoud. Een gloednieuw huis met vijf slaapkamers en een douche, wat een luxe. Eerder was het echtpaar Schilder begonnen op een bovenwoning van de weduwe Vlaming aan het Zuideinde, waar de ratten soms over de zolder liepen. En nu dit, ze konden hun geluk niet op. De woning aan de Kerkstraat (die toen nog Kerkweg heette) was naar hun beleving een groot en comfortabel huis. Daar konden opa en oma Kreuk makkelijk bij met drie zonen en twee dochters. Ome Simon maakte zich geliefd bij de kinderen Schilder door met zijn brommer meerdere kinderen tegelijk naar school te brengen.
Kolfclub en familie Kreuk op de kolfbaan in café Huis van Egmond.
Moeder Marie Schilder is in die periode in aanvaring gekomen met pastoor Leenders. Haar dochtertje Thea had ze aangemeld bij de Openbare Kleuterschool die dicht bij haar huis was. Dit werd niet door de pastoor op prijs gesteld, hij was daar ook heel duidelijk over, maar Thea bleef op dat schooltje. Als er weer een baby op komst was, dan moesten de grote lummels wegwezen. Nico en Simon moesten te logeren naar zus Aaf in Zwaagdijk. Op 2 januari 1957 is het zesde kindje geboren en mochten de mannen weer naar de Kerkstraat komen.
De familie in de Kerkstraat, zomer 1957.
In februari 1957 trouwde zoon Nic Kreuk met Mart Hoek en kwam er wat meer ruimte vrij. Maar zoon Theo wilde toch ook wel een plaats hebben voor zijn grote tekenbord waaraan hij moest werken voor opdrachten van de aannemersopleiding. Maar er was maar één lamp in die kamer. Geen nood, je legt gewoon iets bovenop die lamp, zodat het licht exact op jouw tekentafel schijnt. Ze hadden een mooie oplossing bedacht, maar gebruikten voor het afdekken een pakje boter! Dat ging natuurlijk niet goed met zo’n warmtebron. Er ging wel vaker iets mis: Theo fietste een keer met zijn tekenbord onder de arm en wilde zo het pad op fietsen. Helaas, hij nam de bocht iets te krap en viel met bord en al door het zijraam. Dat werd een ziekenhuisopname. Het duurde echter nogal lang voor hij, na het ongeval, in het ziekenhuis van Hoorn was. Niemand had in die jaren telefoon of een auto. Uiteindelijk kwam er een ambulance en kon Theo worden vervoerd. Simon was een keer laat en zwaar uit geweest. Hij had de volgende morgen weinig zin om naar zijn werk te gaan. Hij bleef op bed liggen, maar moeder porde hem eruit. Hij probeerde daarna de bus te missen door langzaam richting de halte lopen. De chauffeur had hem echter in de gaten en haalde hem op toen hij net weer terug in huis was. Veel werd er door de ooms met de kleine kinderen gespeeld en dan natuurlijk vooral voetballen. Theo struikelde eens toen hij achter zijn neefje Louis aanzat, hij viel met zijn hoofd op een plant waar een dun stokje in was geplaatst. Theo had mazzel, het stokje ging rakelings naast zijn oog, anders had het hem zijn oog gekost.
Peter, Gerard, Hans en Thea Schilder in 1959.
De kinderen Schilder denken nog met veel plezier terug aan de twee jaar die opa en oma bij hen inwoonden samen met de tantes en de ooms. Het was ook een fijne buurt, er waren veel kinderen om mee te spelen. Bij de familie Groot hadden ze 11 kinderen, bij de buren Kuijpers 7 en bij de buren Dam 9 kinderen. Er was bij moeder Marie altijd wel plaats voor een bord- of kaartspel en er werd veel buiten gespeeld. Hoe goed de verhoudingen waren, blijkt onder andere uit het volgende. Op 17 december 1954 werd Peter Schilder geboren, maar moeder Marie had helaas niet voldoende borstvoeding voor de kleine Peter. Maar geen nood, tante Marie Dam-Schilder had wel voldoende (waarschijnlijk door een miskraam) en zo werd kleine Peter op een aanvaardbaar gewicht gehouden. Kees Schilder en Marie Kreuk zijn tot aan het einde van hun leven blijven wonen in het huis in de Kerkstraat en hebben acht kinderen gekregen; Louis, Marga, Hans, Peter, Thea, Gerard, Sjef en Lydia.
Jan Kreuk wint in 1961 met een nieuw record de 50 slagen wedstrijd in Venhuizen.
Loonzakjes en onderjurkjes
Vader Jan Kreuk kreeg de mogelijkheid om bij de fabriek van Verkade in de Zaanstreek te gaan werken. Dagelijks werden de werknemers met de bus opgehaald en thuisgebracht. Het fietsen naar de Wieringermeer was voorgoed verleden tijd. Helaas is er niet meer de mogelijkheid om het aan hem zelf te vragen, maar de kinderen en kleinkinderen hebben daar wel zo hun eigen gedachten over. Wanneer je dagelijks comfortabel naar je werk wordt gebracht en je wordt daar gewaardeerd, moet dat op zich al een goed gevoel geven. En dan natuurlijk de financiën, je wist wat je wekelijks in je loonzakje kreeg en je was tevens verzekerd voor ziekte en ongevallen. Daarnaast het vakantiegeld en het opbouwen van toch nog een stukje pensioen. Kinderbijslag zal voor vader Jan niet meer van toepassing zijn geweest gezien zijn leeftijd toen. Wel was het werken op de chocolade afdeling niet goed voor zijn gezondheid en is hij later op een andere afdeling gaan werken. Tot aan zijn pensioengerechtigde leeftijd heeft hij het werk bij Verkade kunnen doen.
Jan Kreuk bij de chocolade smeltpotten.
Het breken van cacaoboter.
En hoe zal het voor moeder Kreuk zijn geweest om bij haar dochter in huis te wonen? Volgens de verhalen was er voldoende werk voor haar. Zij schilde de aardappelen voor dat grote gezin en maakte de groente klaar en verder breide ze truien en vesten en herstelde kleding. Ook maakte zij onderjurkjes voor de meiden van Verkade zakjes die vader Jan mee nam uit de fabriek.
Opa en oma Kreuk met kinderen en aanhang in de Molenstraat.
In het jaar 1958 kwam er in de Molenstraat een huis beschikbaar waar zij toen zijn gaan wonen. In 1966 maakten ze een grote reis om hun zoon Arie te bezoeken die in Canada woonde. Met een groepsreis onder de naam ‘Wij komen’, voeren ze met het schip de Statendam van de Holland Amerika Lijn, van Rotterdam via Le Havre en Engeland de Atlantische oceaan over. Ze vertrokken op 9 mei en kwamen op 21 mei op de plek van bestemming; Quebec. Moeder Kreuk was het grootste deel van de reis zeeziek. Er was iedere dag veel wind en twee dagen een echte storm, windkracht 9 met golven van meer dan 9 meter hoog. Vader genoot onderweg van het uitzicht op het dek en van film, muziek, kaarten en copieuze maaltijden. Wegens een havenstaking konden ze niet in Quebec van boord, maar moesten 400 km terugvaren naar Halifax. Daar stapten ze op de trein en kwamen de dag erna in St. Laurent bij Quebec aan. In Nederland was de reis van Jan Kreuk en zijn vrouw nog niet ten einde. De familie Kreuk was een grote familie maar ook een familie met zakelijk inzicht. Toen zus Corrie met drie kinderen alleen kwam te staan was daar de behoefte haar te helpen en het gezin in Hoogwoud te laten wonen, weer dicht bij de familie. De familie heeft toen in de Louise Hedwig van Catzstraat een casco huis (nummer 15) kunnen kopen en die woning ‘met vereende krachten’ afgebouwd. Daarin zijn vader en moeder Kreuk gaan wonen. Zus Corrie mocht ‘met toestemming van de gemeente’ met haar gezin de woning betrekken die vader en moeder hadden verlaten. Opa en Oma Kreuk hebben daar nog jaren met veel plezier gewoond waarna zij, toen het noodzakelijk werd hen meer verzorging te bieden, naar verzorgingshuis Zandhove in Spanbroek zijn gegaan. Dat was in juni 1978. Het huis is toen verkocht. De opbrengst is na aftrek van de hypotheek in een fonds gestort. De rente was toen nog zeer hoog. De familie kon daardoor van het geld nog bijna dertig jaar met elkaar uit eten en op weekend. Oma Mart Kreuk-Molenaar is op 2 juni 1980 overleden. Opa Jan Kreuk is op 27 februari 1981 ook in Huize Zandhove overleden.
De familie bij het 40-jarig huwelijksfeest van Jan en Martha in 1961.
Als eerbetoon aan deze twee hardwerkende mensen plaatsen wij het lied dat vader Jan Kreuk tijdens alle bruiloftsfeesten altijd plechtig gezongen heeft. (Deze tekst slaat op een pas gehuwd bruidspaar maar werd ook bij andere gelegenheden met aangepaste tekst gezongen). Simon heeft het stokje van zijn vader overgenomen.
Refrein.
Hef aan, hef aan een vrolijk lied
En denk aan al uw zorgen niet.
Drink uit de beker vol met wijn
En laat ons allen vrolijk zijn.
Laat ons te samen klinken
En dan maar rustig drinken
Laat ons te samen klinken
En dan weer rustig drinken.
Couplet
Deez beker wijd ik u ter eer
Gij Bruidegom met uw Bruidje teer.
Dat God u lang mag sparen
Dat geen zorg des levens drukt
Geniet van allerzoetst geluk.
Met elkaar nog vele jaren.
Refrein.
De 13 kinderen uit het huwelijk van Jan en Mart Kreuk: | ||
Rika | maandag 17 juli 1922 | gehuwd met Cor Sijm. |
Marie | zondag 24 juni 1923 | gehuwd met Kees Schilder. |
Gerard | dinsdag 26 augustus 1924 | gehuwd met Guus Dekker. |
Alie | zondag 6 december 1925 | gehuwd met Ben Dobbe. |
Arie | zondag 6 maart 1927 | gehuwd met Trien Haakman. |
Piet | vrijdag 10 augustus 1928 | gehuwd met Riet Buijsman |
Nic. | donderdag 21 november 1929 | gehuwd met Mart Hoek. |
Corrie | donderdag 29 januari 1931 | gehuwd met Sjef Heesbeen. |
Afra | woensdag 15 juni 1932 | gehuwd met Jan Hoek |
Jan | dinsdag 17 april 1934 | gehuwd met Riet Steenvoorden. |
Tiny | maandag 29 juli 1935 | gehuwd met Co Besseling. |
Simon | woensdag 1 september 1937 | gehuwd met Vera Groot. |
Theo | zondag 6 november 1938 | gehuwd met Afra Besseling. |